In een wereld die zich steeds verder ontwikkelt, blijft de fundament van onze samenlevingen vaak onveranderd. De afgelopen decennia hebben ons geleerd dat de meeste landen niet echt democratisch zijn, maar eerder worden bestuurd door een elitegroep die de macht in handen houdt. Deze elite heeft de controle over belangrijke beslissingen en negeert vaak de wil van de bevolking, wat leidt tot groeiende frustratie en onvrede onder burgers.
Neem bijvoorbeeld de situatie in Nederland, waar de Europese Commissie als een schaduwregering opereert. Hoewel Nederland zich presenteert als een soeverein land, is het in feite gebonden aan richtlijnen van deze commissie, die bestaat uit een kleine groep mensen die weinig tot geen verantwoording verschuldigd zijn aan de bevolking. Dit roept vragen op over de werkelijke betekenis van soevereiniteit in een tijd waarin democratische waarden worden ondermijnd door bureaucratische instellingen.

Deze situatie is niet uniek voor Nederland. Over de hele wereld zien we vergelijkbare patronen. De invloed van lobbyisten en machtige bedrijven is enorm. Deze actoren, vaak onder de radar opererend, leggen regeringen hun beleid op, vaak tegen de wil van de bevolking in. Neem bijvoorbeeld de afschaffing van referenda in Nederland; dit illustreert duidelijk dat de politieke elite er alles aan doet om de stem van de bevolking te negeren.
De situatie wordt verder bemoeilijkt door de groeiende wereldwijde ongelijkheid. Een selecte groep van 10.000 tot 20.000 mensen lijkt de wereld te beheersen en bepaalt waar oorlogen worden gevoerd en hoe rijkdommen worden verdeeld. Deze elite houdt zich niet bezig met het welzijn van de mensen, maar richt zich uitsluitend op het behoud van hun macht en rijkdom. De oorlog in Irak is hier een schokkend voorbeeld van: de rechtvaardiging voor de invasie was gebaseerd op de leugen van massavernietigingswapens, maar de echte drijfveren waren olie en andere natuurlijke rijkdommen.
De hypocrisie van landen die zichzelf als voorvechters van mensenrechten presenteren, terwijl ze tegelijkertijd betrokken zijn bij genocides en oorlogsmisdaden, is schokkend. In Oekraïne worden de doden geteld en veroordeeld, terwijl de genocide van Palestijnen nauwelijks de kranten haalt. De Verenigde Staten en hun bondgenoten lijken de slachtoffers te selecteren op basis van strategische belangen, en deze willekeur creëert een diepe kloof in de internationale moraal.
Deze machtsstructuren zijn niet alleen hypocriet, maar ook instabiel. De bevolking begint zich te realiseren dat zij geen onderdanen hoeven te zijn van deze elite. De groeiende onvrede resulteert in een wereldwijde beweging waarbij mensen zich niet langer als ondergeschikten willen laten behandelen. De bevolking wordt wakker en vraagt om verandering, terwijl de leiders in paniek raken omdat hun macht aan het wankelen is.
Het idee dat we leven in een democratie, terwijl we in werkelijkheid onderhevig zijn aan de belangen van een klein groepje machthebbers, is een grote schande. De erfenis van de macht en de bescherming van rijkdommen wordt steeds duidelijker zichtbaar. Ook in koninkrijken, waar de troonopvolging meer lijkt op een erfelijke business dan op een democratisch gekozen leiderschap. De huidige koninklijke familie, met haar dubbele nationaliteit, belichaamt deze paradox: hoe kunnen we onderdanen zijn van een koninkrijk waar de heersers loyaal zijn aan meer dan één natie?
Dit alles roept de vraag op: waar zijn de verantwoordelijkheden van onze leiders? Als ze zich presenteren als vertegenwoordigers van de bevolking, moeten ze zich ook houden aan de principes van rechtvaardigheid en transparantie. De huidige staat van de wereld vraagt om een hernieuwde focus op deze waarden. De bevolking heeft recht op een stem en verdient leiders die hen daadwerkelijk vertegenwoordigen.